Vragen en antwoorden over het pensioenakkoord - deel 2

juli 2020

Waarom komen er nieuwe regels voor het pensioen?

In het huidige pensioenstelsel is uw pensioen goed geregeld. Maar het systeem voldoet niet meer aan de verwachtingen. Werknemers krijgen niet het pensioen waar ze op rekenen. Het is niet flexibel genoeg om mee te bewegen met de arbeidsmarkt. Zo wordt er te weinig rekening gehouden met zware beroepen, jongere versus oudere werknemers, of met de overstap naar een andere werkgever of een eigen bedrijf. Ook is het niet goed uit te leggen waarom de beleggingsresultaten goed zijn, maar niet leidt tot een verhoging van het pensioen. Of soms zelfs korting dreigt.

Wat vindt Bpf Beton goed aan het nieuwe pensioenakkoord?

Het pensioen blijft collectief en solidair. Door de premies collectief te beleggen, is er meer zekerheid op een goed pensioen. Nu is het zo dat gepensioneerden bij het bereiken van de leeftijdsverwachting in Nederland, circa 2 tot 2,5 euro krijgen voor 1 euro inleg. Dat is een beter resultaat dan bereikt kan worden met zelf beleggen of met sparen. Ook worden de pensioenen gekoppeld aan het resultaat van de beleggingen. Gaat het goed, dan is eerder sprake van verhoging (indexering) van het pensioen.

Is het korten van de pensioenen nu van de baan?

Is de dekkingsgraad eind 2020 hoger dan 90%? Dan worden de pensioenen in 2021 niet gekort. Dit is ook afgesproken in het kader van het pensioenakkoord. Of dit minimum van 90% om korting te voorkomen ook geldt voor 2022-2026, is nog niet bekend. De dekkingsgraad van Pensioenfonds Beton eind september 2020 is 97,6%.

Gaat mijn pensioen door het pensioenakkoord omhoog?

Nu kan ons fonds een heel mooi beleggingsresultaat hebben in een bepaald jaar, maar mogen we toch uw pensioenopbouw of -uitkering niet verhogen of mee laten stijgen met de prijzen. Vanaf 2026 wordt dat anders en is het resultaat van de beleggingen meer bepalend. Dat betekent dat bij een goed beleggingsresultaat uw pensioen sneller stijgt. Het betekent ook dat bij een slecht rendement we eerder moeten korten.

Wanneer merk ik iets van het nieuwe pensioenakkoord?

De komende jaren merkt u nog niet zoveel van een nieuw pensioenstelsel. Als alles volgens planning verloopt (zie deel 3 van deze serie), dan weet u in het 2e half jaar van 2024 precies wat uw pensioen was in het oude stelsel en wat het wordt in de nieuwe pensioenregeling. Is er sprake van een vorm van compensatie, dan weet u ook hoeveel dat is en hoe dat wordt toegevoegd aan uw pensioen.  Sommige afspraken worden misschien eerder doorgevoerd. Een voorbeeld daarvan is de minder snelle stijging van de AOW-leeftijd. Dat is nu al ingegaan.

Mag ik straks zelf beslissen wat ik met mijn pensioenpot doe?

Nee. We laten uw pensioenpot zien als een bedrag. Het bedrag geeft aan hoeveel geld er voor uw pensioen beschikbaar is. Wel wordt er nog naar gekeken of het mogelijk voor u is om maximaal 10% van uw pensioenpot in 1 keer te laten uitkeren op het moment dat u met pensioen gaat. Het pensioen dat u daarna iedere maand krijgt, wordt daardoor wel lager.

Wat doet de overheid aan de mogelijkheid om eerder te kunnen stoppen met werken?

Eerder stoppen met werken is al mogelijk, maar vaak niet gunstig. De overheid biedt hiervoor vanaf 1 januari 2021 meer ruimte. Of eerder stoppen ook kan is altijd afhankelijk van overleg tussen u en uw werkgever. Nu betaalt uw werkgever een boete als u eerder stopt met werken. Vanaf 1 januari 2021 vervalt deze boete tot een bedrag van € 21.200 bruto per jaar en tot maximaal 3 jaar voor uw AOW-leeftijd. Ook maakt de overheid het vanaf 1 januari 2021 mogelijk om bovenwettelijk verlof en/of overuren op te sparen. Tot een maximum van 100 weken = 2 volle jaren. Nogmaals: De overheid versoepelt tijdelijk de fiscale regels, maar samen met uw werkgever bespreekt u wat er mogelijk is.

Is mijn pensioen straks nog voldoende?

De uitgangspositie ook in het nieuwe pensioenstelsel blijft dat iedereen na 42 jaar werken en premie betalen aan een bedrijfspensioenfonds, een pensioen opgebouwd moet hebben van ongeveer 80% van zijn gemiddelde inkomen. Uw pensioen bestaat uit 2 of 3 delen:

  1. De AOW (1e pijler van uw pensioen):
    De huidige werknemers betalen voor de huidige gepensioneerden (omslagstelsel). Het is niet te voorspellen hoe dat zich op de lange termijn ontwikkelt.
  2. De pensioenen (2e pijler van uw pensioen):
    Pensioenen worden betaald uit het vermogen van het pensioenfonds. Dat vermogen wordt opgebouwd door de premies en de beleggingsrendementen. Omdat de periode waarin u pensioen opbouwt gemiddeld 42 jaar is, is deze methode bestand tegen grote schommelingen in de economie. Dat blijkt ook uit resultaten uit het verleden. Echter, het blijft beleggen dus zekerheid is niet te geven.
  3. Zelf sparen voor uw pensioen (3e pijler van uw pensioen):
    Als u financiële ruimte heeft, dan kunt u naast de 1e en 2e pijler (AOW en pensioen) zelf extra pensioen opbouwen via een individuele regeling. Het naar beneden brengen van uw maandlasten in de jaren voordat u met pensioen gaat, betekent ook dat u later elke maand meer overhoudt. Heeft u een hypotheek met een (deel) annuïteit, dan lost u automatisch elke maand alvast iets af. 

Deel 1: Het pensioenakkoord: blik op de toekomst
    
Deel 3: Het pensioenakkoord invoeren, duurt dat echt 5½ jaar?